Voorwaarde van verblijf in België van het rechtgevend kind op het moment van de aanvraag

Naar aanleiding van de zesde staatshervorming is de kinderbijslag geregionaliseerd...

De toelichtingen in ons thematisch onderdeel zijn sinds 1 januari 2019 niet meer up-to-date.

Regel: 5 jaar ononderbroken verblijf in België

Een kind dat recht geeft op gewaarborgde gezinsbijslag moet ononderbroken en effectief in België verbleven hebben gedurende minstens de laatste vijf jaren voor de aanvraag.

De hoofdverblijfplaats is de plaats waar een gezin of een alleenstaande doorgaans woont. Het gaat om een feitelijke situatie waarbij het centrum van de gevoelsmatige, sociale en economische belangen in België ligt.

Art. 2, 1ste lid, 1°, a) Wet gewaarborgde gezinsbijslag

Wat betekent de term 'ononderbroken'?

Het gaat niet om een 'opgelegde verblijfplaats'. Korte afwezigheden zijn namelijk toegelaten als ze niet ingaan tegen de bedoeling van de persoon (of zijn wettelijke vertegenwoordiger) om het centrum van zijn gevoelsmatige, sociale en economische belangen in België te vestigen.

Voor de periode van vijf jaar tellen mee:

  • periodes van illegaal verblijf in België (op voorwaarde dat die periodes bewezen worden)

Uitzonderingen op de voorwaarde van ononderbroken verblijf van vijf jaar in België

In de wet zijn uitzonderingen op de verblijfsvoorwaarde van vijf jaar bepaald voor:

  • rechtgevende kinderen die ten hoogste in de derde graadverwant zijn met de persoon die gewaarborgde gezinsbijslag aanvraagt;
Het gaat om de graad van verwantschap en niet van aanverwantschap. In dat laatste geval is een individuele afwijking nodig als er geen andere mogelijkheid tot vrijstelling is.
  • rechtgevende kinderen die het kind van de (ex-)echtgenoot zijn van de persoon die gewaarborgde gezinsbijslag aanvraagt of de persoon met wie die een feitelijk gezin vormt;
  • rechtgevende kinderen die:
    • burger zijn van een van de EU-lidstaten of van de landen die het (herziene) Europees Sociaal Handvest hebben ondertekend;
    • of staatloos of een erkend vluchteling zijn (erkend maar geen kandidaat-vluchteling)

Lijst van EU-lidstaten en staten die het (herziene) Europees Sociaal Handvest ondertekend hebben:

België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, San Marino, Slovakije, Slovenië, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland, Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, Bosnië-Herzegovina, Georgië, Macedonië, Moldavië, Montenegro, Oekraïne, Rusland, Servië, Turkije

Wet van 15 december 1980

Algemene afwijkingen

Er werden algemene afwijkingen op de verblijfsvoorwaarde toegekend voor:

  • kinderen die jonger dan 12 zijn op het moment dat ze beginnen deel uit te maken van het gezin van de persoon die gewaarborgde gezinsbijslag aanvraagt;
  • kinderen die 12 jaar of ouder zijn op het moment dat ze beginnen deel uit te maken van het gezin van de aanvrager als ze ten hoogste in de vierde graad verwant zijn.
Het gaat om de graad van verwantschap en niet van de aanverwantschap. In dat laatste geval is een individuele afwijking nodig.

Die afwijkingen blijven geldig zolang de kinderen recht geven op gewaarborgde gezinsbijslag en blijven deel uitmaken van het gezin van de aanvrager

Deel uitmaken van hetzelfde gezin' betekent dat in het RNP het kind in dezelfde gezinssamenstelling als de aanvrager staat. Als dat niet het geval is, kan de aanvrager andere officiële documenten bezorgen om te bewijzen dat het rechtgevend kind wel degelijk deel uitmaakt van zijn gezin.

Een officieel verblijfsdocument is een document van een overheidsinstantie waaruit blijkt dat iemand op een bepaald adres woont.

 

Officiële documenten zijn:

  • een model 2 of 2bis(gewone vraag om adresverandering, op voorwaarde dat ze later door het gemeentebestuur aanvaard wordt)

  • een attest van de politie waarin verklaard wordt dat vastgesteld is dat de betrokken personen samenwonen

  • een voorlopige verblijfsvergunning

  • een vonnis

Geen officiële documenten zijn:

  • getuigenverklaringen

  • verklaringen van de gemeente of de politie die alleen de verklaringen van de betrokken personen bevatten

  • een controle ter plaatse door een sociaal controleur van de FAMIFED

Die lijsten zijn niet limitatief. Bij twijfel over het officiële karakter van een document kan het departement Controle van FAMIFED geraadpleegd worden.

Individuele afwijkingen

In behartenswaardige gevallen kan de minister van Sociale Zaken of zijn afgevaardigde een individuele afwijking toekennen.

Art. 2, 2de lid Wet gewaarborgde gezinsbijslag

De aanvraag om een individuele afwijking moet ingediend worden bij de FOD Sociale Zekerheid binnen 90 dagen na de aangetekende brief waarin de gewaarborgde gezinsbijslag geweigerd wordt.

De termijn van 90 dagen is een vaste termijn, dat wil zeggen dat hij noch verlengd noch opgeschort kan worden.
Als de termijn verlopen is, is de aanvraag om een individuele afwijking niet meer ontvankelijk en moet een nieuwe aanvraag om gewaarborgde gezinsbijslag ingediend worden en door FAMIFED behandeld worden voordat een nieuwe aanvraag om een individuele afwijking naar de FOD gestuurd kan worden.

Art. 2, 4de lid Wet gewaarborgde gezinsbijslag

Gerechtelijk beroep

Binnen drie maanden na de aangetekende verzending van de gemotiveerde beslissing tot weigering kan de aanvrager in beroep gaan bij de bevoegde arbeidsrechtbank.

Om bij de rechtbank in beroep te gaan, moet niet eerst een individuele afwijking aangevraagd zijn.

Top